Cantamus Alati neemt haar gehoor op zaterdagmiddag 13 april 2024 mee in een muzikale reis door het Italië van de zeventiende en achttiende eeuw.


In die periode kwam in steden als Venetië, Rome en Napels de cultuurstijl die de naam Barok zou krijgen en heel Europa zou veroveren, tot bloei.
Cantamus Alati zingt op 13 april zeven barokstukken van Italiaanse componisten die elk op verschillende momenten in de barokperiode furore maakten. Antonio Lotti, Giacomo Carrissimi, Benedetto Marcello, Niccolo Jommelli, Baldasare Galuppi en Francesco Durante – leerling van Scarlatti en leraar van Pergolesi – passeren de revue en vanzelfsprekend ontbreekt ook de magistrale Antonio Vivaldi in dit gezelschap niet. Van hem voert ons koor het prachtige Credo uit.
Koor:
Dixit Dominus – Giacomo Carissimi
Credo RV592 – Antonio Vivaldi
Magnificat – Francesco Durante
I cieli immensi narrano – Benedetto Marcello
Veni Creator Spiritus – Niccolò Jommelli
Dixit Dominus – Baldassare Galuppi

Kleinkoor:
Cruxifixus à 5 – Antonio Lotti

Medewerking aan dit concert verlenen:
-Merel van Geest sopraan
-Elsbeth Gerritsen, alt
-Niek van der Meij, organist
-Het Dordrechts kamerorkest

De barok overspande vanaf begin 1600 ongeveer 150 jaar en kenmerkte zich door weelderige vormen, sterke contrasten en overdadige kleuren. De barokke kunstenaar wilde verrassing en verwondering opwekken en het publiek meevoeren in dramatiek en emotie. Die uitbundigheid had grote invloed op architectuur, literatuur, schilder- en beeldhouwkunst en de muziek. Hier ontwikkelde zich vanuit de madrigalen de Opera, later gevolgd door het Oratorium, de religieuze variant, en de cantate. Na de strakke polyfonie uit de Renaissance werd de muziek meer en meer homofoon, eenstemmig, met een herkenbare melodie en een volwaardige rol voor de begeleiding. Uitvoerende musici kregen de vrijheid om zelf versieringen aan te brengen en de snelle technische vooruitgang van de instrumenten opende voor componisten nieuwe wegen waarvan zij dankbaar gebruik maakten. Zo deed de basso continuo, de doorlopende baslijn zijn intrede en gaandeweg ontstond een heel nieuw genre: het Concerto Grosso, het onafhankelijke instrumentale samenspel. De Barok voerde de muziek mee in een stroomversnelling waarin tal van virtuoze componisten doorlopend grenzen verlegden.

De orkestrale begeleiding was opnieuw in de vertrouwde handen van het Dordrechts Kamerorkest, het DKO, dat sinds 2020 beschikt over een professioneel barokgezelschap. 

Plaats van handeling was de Lutherse kerk in Den Haag en het concert duurde ruim één uur, zonder pauze.